Selecteer een pagina

Gesprekken over orgaantransplantatie

Voor iedereen die wil nadenken over het donorvraagstuk

Sinds de eerste geslaagde niertransplantatie in 1954 heeft de transplantatiegeneeskunde een enorme vlucht genomen. De technologie om organen uit de ene mens te halen en over te plaatsen in een ander is enorm verbeterd. Afstotingsproblemen die ontstaan doordat het immuunsysteem van de ontvanger het lichaamsvreemde orgaan niet accepteert, kunnen met veel medicatie onderdrukt worden.

Er komen steeds meer mensen in aanmerking voor een nieuw orgaan. Hierdoor is een nieuw probleem ontstaan: hoe komen we aan die organen? Voorlopig zijn daar nog donoren voor nodig en die melden zich niet spontaan en in grote getalen. Overheid en belangenorganisaties voeren allerlei acties om mensen over de streep te trekken. Maar houden zij hierbij de belangen van orgaandonoren en nabestaanden voldoende in het oog? Weten mensen die zich als orgaandonor laten registreren eigenlijk wel wat het donorschap inhoudt? En áls ze daar voor zichzelf al over hebben nagedacht, beseffen ze dan ook dat hun (jonge) kind met orgaantransplantatie te maken kan krijgen? Als ontvanger maar ook als donor? En wat dit dan voor hen als ouders betekent? Hoe lang moet je eigenlijk wachten op zo’n nieuw orgaan en waarom gaan anderen soms voor?

Naast alle pogingen mensen te bewegen hun organen na hun dood voor een zieke medemens beschikbaar te stellen, is er een nieuwe stroming ontstaan: orgaandonatie bij leven. Het is mogelijk een van je nieren of een deel van je lever aan een ander af te staan. Wat komt hier allemaal bij kijken, hoe leven donor en ontvanger verder na zo’n ingrijpende ervaring? Is het een oplossing voor het nijpende donortekort? Of moet de overheid toch rigoureuze maatregelen nemen? In veel landen geldt al een systeem dat stelt dat ‘iedereen bij geboorte orgaandonor is’ tenzij hiertegen bezwaar wordt aangetekend. Hoe wordt hierover gedacht door artsen, patiënten, nabestaanden, politiek? Is het een aantasting van ons recht op vrije wilsbeschikking of heiligt het doel dit middel? En hoe ver is de wetenschap eigenlijk met het ontwikkelen van alternatieven? Kunnen we binnenkort kunstorganen of dierlijke organen gaan inzetten in de strijd tegen menselijk orgaanfalen en wanneer zal stamcelkweek orgaandonaties overbodig maken?

In 2005 verscheen van Pamela Stark De hele waarheid. Voor Kop uit het zand! zocht zij opnieuw personen op die zeer nauw bij orgaantransplantatie betrokken zijn en kreeg antwoorden op bovengenoemde vragen die zij aan hen voorlegde. Haar conclusie: het vraagstuk van orgaandonatie is veel ingewikkelder dan vaak achteloos wordt voorgesteld.

 

NBD|Biblion recensie, door H.J.M. Bartelink-Hoos
Pamela Stark is in 2002, via een symposium over het onderwerp, geïnteresseerd geraakt in alle facetten van orgaandonatie. Ze schreef in 2005 een boekje met interviews, onder de titel ‘De hele waarheid’. Inmiddels is er een discussie op gang gekomen over de wijze waarop mensen zich als donor kunnen melden, actieve donorregistratie of niet, donatie na de dood of bij leven. Het onderwerp wordt opnieuw door middel van gesprekken onder de aandacht gebracht. Zowel voor- als tegenstanders komen aan het woord, deskundigen, donoren of familie van donoren en patiënten. Zo ontstaat een genuanceerd beeld, een aanvulling op het eerdere boek. Een duidelijk geschreven boekje, verzorgd uitgegeven, dat inzicht geeft in de complexiteit van het onderwerp, voor betrokkenen en geïnteresseerden. Met een literatuurlijst en een overzicht van websites.

Voorproeven:
Inhoudsopgave
Inleiding
Eerste hoofdstuk

ISBN 9789067282574
NUR 740
144 pagina’s
EUR 15,00

bestellen