tweede druk
uit het Spaans vertaald door Erik Coenen
De zeldzame combinatie van dramatisch vakmanschap, filosofische diepgang en poëtische schoonheid die Het leven is droom (La vida es sueño, ca. 1635) kenmerkt, heeft in de loop der eeuwen heel wat bewonderaars gehad. De Engelse dichter Shelley schreef dat hij naast Plato alleen Calderón nog het lezen waard achtte. De Russische romancier Toergenjev schreef na het lezen van Het leven is droom dat hij volledig gecalderoniseerd was.
De Duitse filosoof Schopenhauer noemde het het filosofische toneelstuk bij uitstek. Ook beroemdheden als Goethe en Madame de Staël vereerden Calderón. Hoewel het werk al vaak in het Nederlands is vertaald, is dit de eerste vertaling waarin de oorspronkelijke dichtvorm is gehandhaafd. Het resultaat zal niet alleen toneelmakers, maar ook poëzieliefhebbers aanspreken.
Hispanist Erik Coenen heeft zijn vertaling bovendien voorzien van verklarende noten en een uitvoerig nawoord, waarin hij ingaat op de vorm, de stijl, de betekenis en de context van het werk, en een toelichting geeft op zijn manier van vertalen.
ISBN 9789067282475
NUR 307
160 pagina’s
EUR 17,50
Recensie (1e druk) de Volkskrant, door Maarten Steenmeijer
Recensie (1e druk) Vlaamse Bibliotheek, door Bart Vonck
Vermelding (1e druk) Viva Espana
Recensie NBD/Biblion, Maarten Steenmeijer:
Dit toneelstuk uit ongeveer 1635 werd enkele decennia geleden door Dolf Verspoor voor de Haagse Komedie vertaald. Het resultaat was niet naar de zin van hispanist Erik Coenen, die Calderón op een lijn stelt met Shakespeare. Deze klassieker uit de Spaanse Gouden Eeuw verdiende beter, zo vond Coenen. Daarom maakt hij een vertaling die zoveel mogelijk in de geest van Calderón moet zijn. Het resultaat is een knappe vormgebonden Nederlandse versie. Spil van het toneelstuk is Sigismond, de Poolse koningszoon die door zijn vader is opgesloten. Zo wilde de koning vermijden dat het grote onheil zich zou voortrekken dat hem vanuit hogere sferen was voorspeld. De maatregel blijkt niet te werken. Sigismond bindt de strijd aan met zijn vader en begeert bovendien een vrouw die voor een ander is bestemd. Uiteindelijk winnen Sigismonds inzicht en verantwoordelijkheidgevoel het van zijn machtshonger en wellust. Calderóns toneelstuk is daarmee een uitgesproken moreel werk, zoals Coenen betoogt in zijn zeer uitvoerige nawoord. Met grote kennis van zaken, maar ook onnodig belerend plaatst hij Calderóns werk in de context van zijn tijd, geeft hij een uitgebreide interpretatie en licht hij zijn vertaling toe.