Auteur
De geschiedenis van de leden van de Onafhankelijke Socialistische Partij
Wat is de overeenkomst tussen de schrijver Sal Santen, de uitgever Geert van Oorschot, de publicist Jacques de Kadt, de neerlandicus Garmt Stuiveling, de componist Marius Flothuis en de chroniqueur van de Indische bellettrie Rob Nieuwenhuys? Zij allen waren in hun jonge jaren lid van een klein, links-socialistisch partijtje, de Onafhankelijke Socialistische Partij (OSP, 1932-1935).
Hoewel deze partij politiek nooit wat in de pap te brokkelen had – bij de Kamerverkiezingen van 1933 werd net geen zetel gehaald – deed zij in haar korte bestaan vaak van zich spreken. Omdat de gemiddelde leeftijd vrij laag was bruiste de partij van energie en ludieke ideeën. In zekere zin waren de OSP’ers dan ook de provo’s van hun tijd. Hoewel dat een tijd was van revolutionaire romantiek werd er menig stevig robbertje gevochten met politie, communisten en NSB’ers. Het socialisme van de OSP’ers was er een van het goedmoedige, naïeve soort. Het was een gevoelssocialisme dat diep zat. Men was minder op de letter dan andere linkse partijen, trouw aan beginsel was belangrijker dan trouw aan een partij. Hun principiële stellingname werd voor radicalisme aangezien.
Dit boek beschrijft de politieke werdegang van de OSP alleen in vogelvlucht. Belangrijker dan de politieke fragmentatie ter linkerzijde is hoe de crisis en de politieke strijd werd ervaren: hoe sterk grepen die in het persoonlijke leven in? Hoe verweefden het persoonlijke en het politieke zich met elkaar? Het unieke van de levens van de leden van de OSP is hun geschiedenis van ruim een halve eeuw ononderbroken in praktijk gebrachte solidariteit: van de klassenstrijd, de hulp aan Duitstalige emigranten en de activiteiten in en voor het republikeinse kamp in de Spaanse Burgeroorlog in de jaren dertig, de deelname aan het verzet tijdens de oorlog en de oprichting van diverse belangenorganisaties, zoals het COC en het Humanistisch Verbond na de oorlog. Parallel aan dit alles loopt altijd het werk voor de vakbond.
Dit was waarschijnlijk de laatste gelegenheid om ten minste een deel van de turbulente politieke geschiedenis tijdens het interbellum in de vorm van oral history te vertellen. Tientallen oud-leden worden gevolgd van eind jaren twintig tot medio jaren negentig van de vorige eeuw. Hun verhalen ‘van onder op’ vormen de geschiedenis van een politieke partij waarvan de leden na haar bestaan meer voor elkaar hebben gekregen dan tijdens haar bestaan.
Bart de Cort (1957) voltooide in 1983 de opleiding tot regisseur en scenarioschrijver aan de Nederlandse Film- en Televisieacademie te Amsterdam. Zijn interesse voor geschiedenis, in het bijzonder die van het interbellum, kwam tot uiting in enkele films en boeken. Sinds 1990 is De Cort werkzaam op het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis te Amsterdam.
ISBN 9789067281218
NUR 695
288 pagina’s
EUR 21,00