Fonds voor kritische geesten
Nieuws
Bestellingen
MEMOIRES 2003
ZOJUIST VERSCHENEN
Willem Oltmans
DEEL 75 (van 76)
9789067283748
430 pagina’s
EUR 25,00
22 december 2003
Dit werd de droevigste dag van mijn leven – en ik gedroeg me als bij de dood van Mam, toen er veel gasten waren – ik deed alsof er niet zoveel aan de hand was. Ik zal nooit de opeens grote ogen van dokter Roos vergeten, toen hij in mijn bijzijn voor het eerst het rapport met de 100 foto’s las. In mijn lever en mijn dikke darm zit waarschijnlijk kanker. Morgen wordt er een coloscopie gemaakt, dus ik heb sinds 12 uur niets meer gegeten. Ik heb alleen vier liter water gedronken met een middel om mijn darmen leeg te maken.
Roos: „Zonder lever kunt u niet leven.” Ik schrok me kapot. Hoe kan dit allemaal tussen juni en nu gebeurd zijn? Had altijd gedacht dat ik zo oud als Opip (grootvader) zou worden.
Dan komen mijn Memoires nooit af. Memoires zonder apotheose, wat jammer.
Links geweld
Als bronnen voor zijn proefschrift over links geweld (1965-2015) heeft Berrie Hanselman o.a. gebruik gemaakt van bij Papieren Tijger verschenen boeken:
OBIV (1998). Operatie Homerus – Spioneren voor de BVD. (uitverkocht)
Jansen & Janssen (2006). Onder druk – Terrorismebestrijding in Nederland
Paul Moussault &. Jan Lust (2009). Rood Verzetsfront – Aanzetten tot Stadsguerrilla in Nederland
Paul Moussault & Barbara Sahakian (2018). Het Rood Verzetsfront in het vizier van de geheime dienst
Paul Moussault & Barbara Sahakian (2023). Rood Verzetsfront – Politieke propaganda voor de RAF 1977-1988
Hanselman, B.T.G. (2025)
Daad en discussie: links geweld: de invloed van interne discussie en overheidsrespons
Doctoral Thesis
Dit proefschrift betreft een historiografie van drie categorieën radicaal-linkse actievoerders in de periode 1965-2015: de marxistisch-leninistische Rode Jeugd, Rode Hulp en Rood Verzetsfront (tot eind jaren tachtig); de anti-imperialistische ‘oude’ Beweging (jaren tachtig en negentig) en de ‘nieuwe’ single issue Beweging sinds circa 2000). Het proefschrift betreft de in feite eerste beschrijving van de zich illegaal manifesterende linkse extremisten, die zich door hun geweld onderscheiden van de brede gematigde Beweging. Deze radicale personen en groepen zijn zichtbaar gemaakt door gebruik van een groot aantal inlichtingenbronnen, die via de Wob zijn verkregen. Via deze humint en techint is de drempel van de omerta – extremisten weigeren te spreken met wetenschappers uit angst dat hun informatie zo bij inlichtingendiensten en opsporingsinstanties terechtkomt – omzeild. Naast de belangrijke bewegingsinterne discussie over de onwenselijkheid van geweldsgebruik is aandacht besteed aan de ‘Dutch Approach’, de aanpak van de autoriteiten, die werd gekenmerkt door een zo lang mogelijk coulante houding ten opzichte van ook extremisten. Buitensporige repressie, zoals bijvoorbeeld in Duitsland jegens de Rote Armee Fraktion en haar sympathisanten, is hier achterwege gebleven. Het onderzoek heeft tevens nader zicht geboden op de werkelijke intenties van diverse (zich geweldloos noemende) actievoerders, maar bijvoorbeeld ook de criminele activiteiten van RaRa ten behoeve van terroristische bewegingen in Zuid-Amerika blootgelegd. Dit alles dank zij de van inlichtingendiensten verkregen informatie.
Universiteit Leiden